Nu de pijlerperiode voorbij is, is het weer tijd om de balans op te maken voor disputen. Jaar in jaar uit horen wij van het WNN van allerlei clubjes dat de “selectieprocedure der feutneuzen” enkel en alleen gebaseerd is op kwaliteit. De ervaring leert echter dat verhaal en realiteit guur ver uit elkaar liggen. Gaat het niet om de kwantiteit, dan gaat het wel om de hoeveelheid. Het gemiddelde aantal a-leden per clubje was afgelopen jaar 5,94. De stabiliteit waarmee clubjes beslissen dat er misschien niet zes, maar dan toch zeker wel vijf of zeven sjaars voldoen aan hun “strenge” kwaliteitseisen is haast eng.
Nu er bijna twee keer zo veel nieuwe leden geïnaugureerd zijn op het HSC dan in voorgaande jaren, zijn er zeker niet twee keer zo veel sjaars bij disputen gevraagd. Statistisch is dit een interessant gegeven. Zou er dit jaar relatief veel “kwalitatief kanonnevoer” de boot hebben gemist? Of heeft het HSC een foutje gemaakt door lichting Cursist021 louter en alleen te selecteren op lengte? Het WNN geeft de lezer de ruimte om hier een eigen waardeoordeel over te vellen.
Hoe dan ook: Clubjes hebben een sterke voorkeur voor lichtingen van vijf, zes of zeven sjaars. Er zijn twee uitzonderingen op deze regel. Allereerst de hertenfluisteraars, die voor het tweede jaar op rij maar liefst 8 sjaars geschikt achtten om hun dispuut verder de vergetelheid in te helpen. Een mogelijke verklaring vindt men in de afname van het aantal Marlboro’s per actief Hert. Verder wisten alleen de dames van Keisletsu slechts 4 a-leden aan zich te binden. Zo ervoeren de dames hun eigen heuse “Ajax versus Bryan Smeets” momentje. Toen er een ferme buit van maar liefst 7 sjaarzen zeker leek, voerden in de 8e speelronde de dames Gloë en Flopensa en guerilla-achtige counter uit. Sterk gespeeld,
jammer voor de Keisletsu Tea Party.
Een voordeel van deze eensgezinde wens voor zes sjaars is dat WNN Statistisch Instituut van de cijfers deze prachtige Bell Curve heeft kunnen maken:
Om Keisletsu te kunnen helpen volgend jaar weer gewoon zes a-leden binnen te kunnen halen, hebben we gekeken welke kleptechnieken nou wel of geen effect hebben op het aantal binnengehaalde a-leden. Allereerst, de oeroude flirttechniek ‘hard to get’ in een nieuw jasje. Dit werkt als volgt: kies een sjaars die je er graag aan je wil binden en neem hem mee op je BA naar een stad naar keuze (Let op: Tilburg volstaat hier niet!). Terwijl de sjaars nietsvermoedend op zoek is naar zijn tweede frietje met uit zijn leven zit jij met je dispuut alweer op de partybus terug. Het is een mooie techniek, maar de vraag is; werkt het? Het antwoord is een voorzichtige ja. In de grafiek hieronder is te zien dat disputen die sjaars achterlieten in een andere stad een bovengemiddeld aantal a-leden wist binnen te halen. De sample size is hier echter te klein om een statistisch significant effect te kunnen aantonen. Ook is het een prijzige techniek. Met 180 euro voor iets meer dan 1/20ste a-lid zijn er technieken die efficiënter zijn.
Een voorbeeld van een techniek die efficiënter is, is het zijn van een man. Mannendisputen haalden afgelopen pijler gemiddeld 6,125 sjaars binnen. Bij vrouwen lag dit slechts op 5,8. Deze techniek is extra efficiënt als je bedenkt dat volgens het CBS in 2019 vrouwen gemiddeld 14% minder per uur verdienden dan mannen. Man zijn is dus een kosteneffectieve manier om meer a-leden binnen te halen.
Al met al kunnen wij van het WNN concluderen dat er weer lekker stabiel geoogst is. Dat voelt ook wel weer lekker vertrouwd. Vertrouwd als leden van AI Wazeti die al 2 jaar geen dag nuchter meer zijn geweest; als Biskit die ieder jaar in naam uit hetzelfde ijzer gesmede vrouwen vragen of als de DIscOpartij met een intern conflict. Ook morgen is er weer lekker vertrouwd smaad.
Comments